Gebruik je de zoeker?
In de analoge tijd was de zoeker, het ‘kijkgaatje van je camera’, een vast onderdeel van het apparaat. Maar bij digitale camera’s heb je meestal ook de optie van het scherm. In sommige gevallen is er helemaal geen zoeker meer. Is dat handig? Of heb je de zoeker eigenlijk wel nodig?
De zoeker: twee soorten
Er zijn twee verschillende soorten zoekers, namelijk een digitale of optische zoeker. De meeste DSLR camera’s hebben optische zoekers, ‘viewfinder’ in het Engels. Analoge fotocamera’s hebben ook optische zoekers. Hierdoor kijk je letterlijk door je objectief (met gebruik van de spiegel in je camera). Het is vergelijkbaar met door een raam kijken. Hierdoor ‘werkt’ de zoeker zelfs als de camera is uitgeschakeld: het is er gewoon altijd, en het is geen technologische gadget van je camera. Een digitale zoeker is eigenlijk een soort scherm waarop je ziet wat er voor de camera gebeurt. Je ziet ze veel in moderne compact- of systeemcamera’s. In het begin was er daarom nogal eens vertraging tussen dat wat live gebeurde en wat je in de zoeker zag. Voor fotografen is dat natuurlijk enorm onhandig! Maar camerafabrikanten hebben niet stilgezeten, en de problemen met vertraging zijn inmiddels grotendeels opgelost. Het grote voordeel van een digitale zoeker is dat je de wijzigingen die je aanbrengt in je instellingen ook direct ‘live’ terugziet: je ziet bijvoorbeeld de scherptediepte veranderen wanneer je je diafragma bijstelt.
LiveView
Het alternatief voor het gebruiken van de zoeker, is het gebruiken van het LCD scherm achterop je camera. Dit wordt ook wel LiveView genoemd. Hierop zie je ook meteen de aanpassingen die je maakt, zoals de scherptediepte. Ook kan het gebruik van LiveView je in staat stellen om andere houdingen aan te nemen. Een kantelbaar scherm betekent dat je de camera hoog of juist laag kunt houden, zonder dat je gezicht perse op die hoogte moet zijn. Bovendien kan LiveView je helpen met scherpstellen. Doordat je sterk in kunt zoomen, met een knop of met je vingers als je een touchscreen hebt, kun je direct controleren of de scherpte op het juiste punt ligt. Hetzelfde geldt voor de belichting; omdat je de veranderingen in beeld ziet, zie je al snel of een foto over- of onderbelicht is. Bovendien kun je meestal ‘live’ het histogram in beeld houden.
Nadelen van LiveView ten opzichte van een zoeker
Toch zitten er ook nadelen aan het gebruik van LiveView. Ten eerste heb je soms last van reflecties als je op het scherm kijkt. Op een zonnige dag kan het beeldscherm achterop de camera bijna onleesbaar worden, terwijl de zoeker nergens last van heeft.Daarnaast heb je, wanneer je door de zoeker kijkt, alle aandacht voor de compositie van je foto, omdat je nergens door wordt afgeleid.Ten derde neem je een stabielere houding aan als je de camera tegen je gezicht houdt om door de zoeker te kijken. Dat levert scherpere foto's op ten opzichte van fotograferen met de armen uitgestrekt, zodat je het beeldscherm kan zien. Dan moeten je spieren immers je hele arm onder controle houden, en ontstaan er snel trillingen.
Of je de zoeker echt nodig hebt, is sterk persoonlijk. Twijfel je? Ga dan voor een camera die beide heeft. Naarmate je meer fotografeert, verandert de manier waarop je dit doet soms ook. Dat je nu geen zoeker gebruikt, wil niet zeggen dat je dat nooit zult doen. En dat geldt ook voor LiveView.