Into the woods: Tips voor fotograferen in het bos
Ga ook dichtbij
Boslandschappen maken prachtige, wijde landschapsfoto's. Of ze nu in bloei staan, in prachtige herfstkleuren of met een laag sneeuw, met je groothoeklens is er altijd wat moois van te maken, Maar het bos is meer dan alleen bomen. Bladeren op de grond, varens, insecten, vogels; het hoort allemaal bij het landschap dat we bos noemen. Richt je dus niet alleen op bomen tijdens het fotograferen, je kunt ook prima dichterbij gaan. Het bos is juist ook interessant voor micro en alles wat er tussenin ligt. Details zijn vaak net zo veelzeggend als het wijde shot, zelfs bij bomen.
Zoek lijnen en patronen
In Nederland zijn geen oerbossen meer. Dat betekent dat alle bospartijen ooit aangeplant zijn. Soms zie je dat nog goed, doordat de bomen netjes opgelijnd staan, soms is het inmiddels wat verwilderd en is het minder duidelijk. Als je goed kijkt, zie je het vaak echter wel. Zoek naar mooie lijnen en patronen. Dat hoeven niet altijd de bomen zelf te zijn, sommige bladeren zijn prachtig symmetrisch. Of paddenstoelen die netjes in een rij op een omgevallen stam groeien. Paden lenen hier zich ook goed voor; vaak is er een rij bomen aan de zijkant gepland, wat een ideale zichtlijn maakt voor je foto. Zeker in de zomer kan dat soms een poort van groen opleveren. Prachtig!
Zoek naar rust
Dat kan zitten in dezelfde boomsoort in een groep, één soort bodembedekker of juist een mooie, open plek. Er gebeurt vaak veel in het bos, en ook op je foto, dus zoeken naar een plek die rust uitstraalt door een grote, gemeenschappelijke deler is een goed begin. Of zet iets op de voorgrond, waardoor het bos meer een omlijsting wordt. Zorg sowieso dat je genoeg ruimte hebt om jezelf op te stellen. Het is dus soms even zoeken naar een goede plek om te beginnen, niet elk stuk van het bos leent zich direct voor mooie foto’s.
Zoek naar wilde dieren
Oke, in Nederland zitten helaas geen beren. Wolven sinds kort wel weer, maar ook dat zal een flinke zoektocht zijn voordat je er één voor je lens hebt. Wel stikt het in Nederland van de insecten en vogels. Zelfs tropische vogels migreren door Nederland, dus je kunt best hele gave dingen voor je lens krijgen. Zoek uit welke dieren in welk bos voorkomen en wat een goed tijdstip en jaargetijde is om ze te fotograferen. Zo verhoog je de kans om ze tegen te komen. Hou natuurlijk altijd je ogen open, want terwijl jij op zoek bent naar een edelhart zit er misschien wel een bonte specht boven je. Stel je camera van tevoren in en zorg dat je sluitertijd niet te lang staat. Wilde dieren doen in principe niet aan poseren. Beweeg je altijd rustig en praat niet (hard) met elkaar als je met meerdere fotografen bent.
Ga verticaal
Het licht voor de hand, maar wissel regelmatig af tussen landschap (horizontaal) en portret (verticaal). Ook waar het wellicht minder voor de hand zou liggen. Zeker ook als je een groothoeklens gebruikt, pak je meer van het bos en de grootte ervan, wanneer je je camera rechtop houdt.
Gebruik het weer
Doordat bossen vaak een hogere luchtvochtigheid hebben, heb je snel mist tussen de bomen. Vooral in de vroege ochtend hangt dat vaak als een sluier over de bodem heen. Ook donkere luchten door de bomen kunnen een mooi, dreigend effect geven als je ze opneemt in je compositie. Of zonnestralen die zichtbaar zijn doordat ze door een gat in het bladerdek vallen. Het licht in het bos is vaak heel bijzonder, dus gebruik dat.