Foto’s maken in de stad
In de stad zijn mogelijkheden genoeg! Je kunt natuurlijk aan de slag gaan met straatfotografie, wat ook enorm leuk is. Maar we doelen hier meer op de stad zelf, gebouwen, stadsgezichten, parken, etc. We geven tips.
Zorg voor een doel
Je kunt natuurlijk naar een nieuwe stad afreizen en rondwandelen totdat je goede onderwerpen tegenkomt. De kans is groot dat dat gebeurt. Of je kunt in je eigen stad (of een stad in de buurt) aan de slag gaan. Je kunt veel efficiënter te werk gaan als je van tevoren al even hebt gekeken wat fotogenieke plekken zijn, en waar je die kunt vinden. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat je je ogen moet sluiten voor toevallige ontdekkingen, juist niet. Maar door je voor te bereiden heb je een doel, en kom je in ieder geval niet met lege handen thuis.
Kies een goed tijdstip
Op verschillende tijden van de dag heeft een stad verschillende gezichten. Een stadsgezicht leent zich uitstekend voor gouden uren, hoge gebouwen tegen een zonsondergang, of de periode net daarna, het zogenaamde blauwe uurtje. Maar ook midden in de nacht op een moment dat er geen maan is (of veel bewolking), zodat de gebouwen extra sterk afsteken tegen de donkere lucht is fantastisch. In de stad kun je ook bij hard licht uit de voeten. Maak dan juist gebruik van de harde contrasten en zoek naar patronen. Je kunt je foto’s eventueel omzetten naar zwart-wit.
Gebruik de lichtjes van de stad
Meestal gaan de lichten in een stad aan tijdens de schemering. Straatverlichting, kantoorgebouwen en huizen, zeker tijdens de wintertijd gaan de lampen op tijd aan. Deze schemering is dan ook een fijne tijd om te fotograferen. Alle lampjes geven sfeer aan je foto, maar doordat het nog niet te donker is krijg je voldoende details in je foto. De gouden uren of het blauwe uur (net na het gouden uur) is dan ook ideaal voor stadsfoto’s.
Denk aan schaal en compositie
Je kunt één onderwerp uitkiezen binnen je foto, die je centraal zet. Een gebouw bijvoorbeeld. De aandacht van de kijker moet dan direct daarheen gaan. Je kunt dit doen door met zichtlijnen te werken, bijvoorbeeld wegen of rivieren. Die zijn in alle steden immers te vinden, wegen in elk geval. Lantaarnpalen kunnen ook de kijker het beeld in leiden. Fotografeer je een gebouw of ander stads onderwerp? Neem dan iets van de omgeving of voorgrond mee. Zo geef je schaal aan je foto, en zie je beter hoe imposant een gebouw daadwerkelijk is.
Varieer
Wanneer je in de stad een mooi onderwerp hebt gevonden, kun je eens verschillende foto’s maken. Je kunt verschillende standpunten uitproberen (loop ook eens om een gebouw heen), en een verticale en horizontale uitsnede. Zo kun je van één onderwerp soms al verschillende mooie foto’s maken.