Leren: Zelf de lichtmeting bepalen

Lichtmeting

Er zijn verschillende meetmethodes waar je uit kunt kiezen.

• Matrix Metering (Nikon) ook wel de Evaluative Metering genoemd bij de Canon-modellen
• Center-weighted metering
• Spot Metering

Het verschil bij iedere methode is het focuspunt. Bij een Spot Metering is dit bijvoorbeeld een kleine cirkel. Lees hier uitgebreid over de verschillen tussen deze drie methodes.

Dynamiek

Het doel van de juiste lichtmethode kiezen, is het creëren van een goede (licht)dynamiek op jouw foto. Let daarbij op het dynamisch bereik, waarmee je de verschillen tussen donkere en lichte delen op de foto als uitgangspunt neemt.

Dat verschil in licht wordt een f-stop genoemd. Dit zijn sprongen in het diafragmagetal waardoor de hoeveelheid licht verandert. Hierdoor kunnen bijvoorbeeld schaduwen donkerder worden. Omdat de automatische lichtmeting niet alle f-stops opneemt, is het beter om deze zelf te bepalen.

Middengrijs

De lichtmeting van jouw camera staat van tevoren ingesteld op middengrijs. Hiervoor wordt 18 procent van het licht doorgelaten door de sensor. Wanneer je een onderwerp fotografeert die meer of minder dan 18 procent licht bevat, doet jouw camera een verkeerde lichtmeting. 

Nabewerking

Lukt het niet direct om de juiste lichtmeting te krijgen? Probeer om tussendoor ook met de automatische lichtmeting te werken. Wissel af tussen het automatische programma en jouw eigen inzicht. Hierdoor leer je hoe je stap-voor-stap hoe je de juiste lichtmeting kiest. Ook in de nabewerking kun je veel aanpassen. Verander de belichting, of versterk het contrast.

Je hebt als fotograaf veel mogelijkheden om tot een goede belichting te komen tijdens en na het fotograferen. Leg wanneer je net begint met fotografie de lat niet direct te hoog en grijp af en toe terug naar het vertrouwde, automatische profiel om jouw camera en technieken beter te begrijpen. Aan de slag!