Leren: alles over ISO

ISO staat voor 'International Organization for Standardization'. Vroeger, voor het digitale tijdperk, toen we nog met fotorolletjes werkten, heette dat ASA. Als je je ISO verhoogt, wordt je sensor lichtgevoeliger en kun je betere foto's maken in het donker.

1) Begrijp de ISO-instellingen

De ISO bepaalt hoe snel je sensor reageert op het licht dat door je lens op je sensor valt. Bij slecht of minder licht, vangt je sensor minder licht en duurt het langer om een goed belichte foto te maken. Dit compenseer je door je ISO te verhogen.

2) Pas op voor ruis

Als je je ISO verhoogt, bestaat de kans dat je ruis krijgt in je foto's. Met de moderne DSLR camera's kun je in de meeste gevallen probleemloos je ISO op 3200 zetten, zonder noemenswaardige ruis. Uiteraard moet je ook bij fotografie in het donker je diafragma en je sluitertijd aanpassen, tezamen heet dit de belichtingsdriehoek. Het is een kwestie van uitproberen hoe hoog je de ISO van jouw camera kunt zetten zonder dat er ruis ontstaat.

3) Probeer de ISO zo laag mogelijk te houden

Een hoge ISO betekent kwaliteitsverlies, dus probeer hem zo laag mogelijk te houden. Als je de sluitertijd langzamer zet, waardoor je ook meer licht in je camera vangt, krijg je snel bewegingsonscherpte. Gebruik een statief en eventueel een afstandsbediening om die onscherpte tegen te gaan, dan kun je je ISO weer wat lager zetten tegen kwaliteitsverlies.

Kortom: zorg dat je je camera kent en dat je de belichtingsdriehoek kunt controleren. Soms is een beetje ruis helemaal niet erg in een foto, het kan zelfs een creatieve touch geven. En ruis is altijd nog beter dan een bewogen foto. Als je er niet uitkomt met je diafragma en je sluitertijd als het licht minder goed wordt, aarzel dan niet om je ISO te verhogen.

Heb je, net als Elvira Rademaker, ook een mooie foto bij nacht gemaakt, plaats hem dan in onze gallery als inspiratie! Hier kun je lezen waarom fotograferen in het donker zo leuk is!