Techniek: omgaan met de lichtomstandigheden

Techniek: omgaan met de lichtomstandigheden

Liesbeth Wesdijk 5078
Fotograferen met weinig of slecht licht is niet alleen tijdens de nacht. Ook overdag of binnen heb je omstandigheden waarin het licht eigenlijk niet voldoende is. Hieronder volgen een aantal tips om ook dan tot goede resultaten te komen.

Voor het gemak verdelen we het licht in drie categorieën:

  • Zichtbaar: bij daglicht, wanneer je je in schaduwgebieden achter gebouwen bevindt, onder grote bomen of bruggen.
  • Weinig licht: na zonsondergang, wanneer je nog steeds duidelijk alles om je heen kunt zien, maar je kunt zien dat het donker wordt of wanneer je binnen bent.
  • Donker: 's nachts wanneer je alleen de helderste objecten kunt zien.

Je hebt vast wel een van bovenstaande situaties meegemaakt en hoe frustrerend het was om dan toch een goede foto te maken. Daarom hier de volgende tips om toch mooie platen te maken bij lastige lichtomstandigheden.


1) Zichtbare omstandigheden

Onze ogen hebben een groter dynamisch bereik dan onze camera’s. Ook al denken we dat er voldoende licht is voor een goede foto, onze camera vindt het toch te donker en produceert veel ruis of een wazig beeld. Hoe kunnen we dat voorkomen?

  • Gebruik snellere sluitertijden. Als je wazige beelden krijgt, betekent dat dat je sluitertijd te traag is. Voor de meeste dagelijkse fotografie moet een sluitertijd van 1 / 200e-1 / 250ste van een seconde snel genoeg zijn om scherpe resultaten te krijgen en bewegingsonscherpte te voorkomen.
  • Verlaag je diafragma. Om te kunnen fotograferen met een korte sluitertijd, zullen we het diafragma moeten verlagen om toch voldoende licht te krijgen.
  • Gebruik een lichtgevoelige lens. Hoe kleiner je diafragma, hoe hoger je sluitertijd kan zijn en hoe minder bewegingsonscherpte je hebt.
  • Gebruik beeldstabilisatie. De meeste lenzen hebben VR (vibratiereductie) of IS (beeldstabilisatie). Hierdoor kun je gemiddeld genomen 3 x langzamer fotograferen als het gaat om de sluitertijd. Dus minder last van wazige beelden.
  • Verhoog de ISO. Ondanks dat je je diafragma zo laag mogelijk hebt, is je sluitertijd nog steeds te langzaam. verhoog dan je ISO. Een verdubbeling van je ISO betekent ook een verdubbeling van je sluitertijd. let wel op dat je geen ruis krijgt. De meeste camera’s kunnen prima omgaan met ISO 800, full frame camera’s hebben zelfs bij ISO 3200 weinig tot geen ruis.

 

2) Omstandigheden met weinig licht

Na zonsondergang of binnen in een slecht verlichte omgeving wordt het gecompliceerder. Je hebt alles wat hierboven staat al geprobeerd en nog lukt het je niet om goede foto’s te maken. Wat nu?

  • Sta dichter bij de lichtbron. Hoe dichter je bij de lichtbron bent, hoe meer licht er zal zijn voor je camera. Grote ramen zijn geweldige lichtbronnen, dus open die gordijnen en jaloezieën en laat zoveel mogelijk licht de kamer binnenkomen.
  • Stabiliseer jezelf. Zorg dat je stevig staat en dat je de camera goed vasthoudt. Ondersteun de camera en lens met je linkerhand. Gebruik een muur of iets dergelijks als steun. Als je kunt, ga dan met je rechterknie op de grond zitten en gebruik je linkerbeen als steun door je linkerarm daarop te rusten. Het zal allemaal helpen om zo min mogelijk cameratrillingen te krijgen.
  • Verhoog de ISO nog meer. Wat is beter, een wazig beeld of een scherp beeld met meer ruis? Het laatste toch? Vaak kun je ruis nog wel verwijderen in de nabewerking of met een speciaal programma als b.v. Noise Ninja. Experimenteer hiermee en kijk hoe je het uiterste uit je camera kunt halen.
  • Onderbelichten in RAW. Fotograaf altijd in RAW, je kunt dan in de nabewerking meer herstellen in de foto’s. Eventueel kun je 1 – 1.5 stop onderbelichten met de belichtingscompensatie. Met Lightroom of een ander bewerkingsprogramma is het meestal mogelijk alle details op te halen.
  • Pas op met autofocus. Als er te weinig licht is, gaat de camera moeite krijgen met het automatische scherpstellen, hij ziet geen onderscheid meer tussen de objecten. Veel DSLR-camera’s hebben de functie ‘AF-hulplicht’. Kijk in de gebruiksaanwijzing van je camera hoe dat precies werkt, bij Nikon b.v. zul je dan de continumodus om moeten zetten naar enkelvoudige modus.
  • Gebruik een Full-frame camera. Als je vaak met slechte lichtomstandigheden fotografeert, loont het de investering om een Full-frame camera te kopen. Als je bijvoorbeeld indoorsporten wilt gaan fotograferen, is dat geen overbodige luxe.
  • Gebruik een statief. Met een statief kan de ISO wat lager ingesteld worden waardoor er minder kans is op ruis. Ook zul je geen last hebben van cameratrillingen. Je kunt werken met langere sluitertijden. Hierdoor zul je misschien veel bewegingsonscherpte krijgen, maar dit kan juist ook een speciaal effect geven.

 

3) Donker.

In slecht verlichte omgevingen en 's nachts zijn veel van de bovenstaande tips nutteloos, omdat je geen licht hebt om mee te werken.

  • Gebruik een statief. Foto’s maken vanuit de hand is echt onmogelijk ’s nachts. Gebruik dus een stevig statief, het liefst met afstandsbediening om zo lang mogelijke sluitertijden te kunnen hanteren.
  • Gebruik een zaklamp. Als je onderwerp te donker is, gebruik dan een zaklantaarn om er wat licht aan toe te voegen. Licht schilderen is best cool en je kunt een paar heel mooie foto's maken door met het licht te schilderen, vooral als je verschillende kleuren gebruikt.
  • Gebruik de handmatige focus. Als het te donker is, werkt de autofocus niet. Als je onderwerp dichtbij is, probeer je het AF-hulplampje in de camera te gebruiken om goed scherp te stellen. Als je onderwerp verder weg is, probeer dan een zaklamp om je onderwerp te verlichten en laat je camera scherpstellen. Als je onderwerp ver weg is of als je geen zaklamp hebt, moet je handmatig scherpstellen op je onderwerp. Meestal werkt het scherpstellen van je lens op "oneindig" goed, maar in sommige gevallen zul je moeten proberen een foto te maken en vervolgens de scherpstelling naar behoefte aanpassen. Zodra je de focus hebt verkregen, moet je de autofocus uitschakelen zodat de camera niet opnieuw probeert scherp te stellen. Vanzelfsprekend verplaats je je statief niet nadat de focus is verkregen.

Geen gemakkelijke materie, dat fotograferen bij weinig licht. Maar als je je camera-instellingen leert beheersen en controleren, zul je een betere fotograaf worden. En dit leer je alleen door veel te oefenen!

Heb je ook een mooie foto gemaakt met lastige lichtomstandigheden? Plaats die dan in de gallery, net als Marlou Nijpels. Of laat je inspireren door deze video over portretfotografie met weinig licht.
 

afbeelding van Liesbeth Wesdijk

Liesbeth Wesdijk | Redacteur

Bekijk alle artikelen van Liesbeth