Gebruik een kleine scherptediepte

11 januari, 2019 - 10:16

Door: Amy Schutte 1144

Scherptediepte is het gedeelte van een foto dat scherp is. Bij een kleine scherptediepte is een klein deel scherp; de achtergrond is vaak erg wazig. Bij een grote scherptediepte is juist een groot gedeelte van de foto scherp.

Er zijn verschillende dingen die de scherptediepte van je foto beïnvloeden. De brandpuntsafstand van je objectief is belangrijk, net als de (maximale) diafragmaopening. Een grote scherptediepte wordt veel gebruikt bij bijvoorbeeld landschapsfotografie, waarbij je zoveel mogelijk dingen scherp wil kunnen zien. Een kleine scherptediepte zie je bijvoorbeeld terug bij macro, om één deel van de foto belangrijker te maken.

Kleine scherptediepte is een precies werkje

Het maken van een foto met een kleine scherptediepte valt niet mee. Een kleine beweging van jezelf of het onderwerp zorgen er al voor dat je scherpte niet precies op het juiste punt komt te liggen. En dat moet natuurlijk wel, anders slaat je foto vaak nergens meer op. Vaak zul je verschillende foto’s moeten maken en steeds minuscule aanpassingen moeten maken, voor je ‘m precies zo hebt als je wil. Om goed beslagen ten ijs te komen, hierbij wat hulp.

Camera opstellen

Om een scherptediepte van slechts enkele millimeters te kunnen bewerkstelligen, moet je de voorste lens zo dicht mogelijk bij het onderwerp brengen. Probeer zo dichtbij te gaan als de minimale scherpstelafstand van je objectief dat toelaat. Bij een zoomobjectief is de scherptediepte het grootst wanneer je helemaal ingezoomd bent. Gebruik een statief, kleine trillingen van de hand zorgen dat je te weinig controle hebt over het precieze scherptepunt. Maak je compositie en bepaal wat het scherptepunt moet worden. Probeer je voor te stellen hoe dat eruit gaat zien, en ook hoe de delen van het onderwerp die onscherp zullen worden er in de foto uit gaan zien. Houd rekening met de achtergrond. Door de kleine scherptediepte heeft je foto minder details, dus kleuren worden ineens een belangrijk deel van je foto. Zorg dat het een mooi geheel wordt.

Instellingen

Voor een kleine scherptediepte staat het diafragma ver open (klein f/getal). Heb je een objectief dat niet zo heel lichtgevoelig is (bijvoorbeeld f/5.6), dan heb je de volle opening nodig. Heb je wel een lichtgevoelig objectief, dan kun je eventueel nog een paar tandjes stoppen. Doe dit voorzichtig, om het doel van een kleine scherptediepte te halen.

Gebruik LiveView

In DSLR’s zie je door de zoeker de scherptediepte niet veranderen. Bij systeemcamera’s overigens wel. Gebruik LiveVew, bij DSLR zie je direct de scherptediepte, in beide gevallen geeft het je de gelegenheid om in te zoomen om te controleren of de scherpte daadwerkelijk op het juiste punt ligt. Bij een kleine scherptediepte is dit nodig, want het is zonde om er pas in de nabewerking achter te komen dat het toch net niet klopt.

Fotograferen en controleren

Maak meerdere opnamen en check steeds of de scherpte nog klopt. Kleine verschuivingen gebeuren snel, en zorgen ervoor dat de scherpte misschien ineens op een heel willekeurige plek komt te liggen. Altijd even een controle doen!