De perfecte selfie maken

Bijna iedereen maakt selfies, en daar hoeven niet perse fotografische skills bij om de hoek te komen kijken. Maar door even over je selfie na te denken, kun je toch de kwaliteit van je foto naar een hoger niveau trekken. Zo maak je een foto waar we als fotografen ook een beetje trots op kunnen zijn.

Voor elke foto, dus ook voor selfie geldt: licht is belangrijk

Zonder licht is fotografie niet mogelijk, dus laten we het niet onderschatten. Bovendien heeft de kwaliteit van het licht veel invloed op je foto. Daglicht werkt het beste bij selfies, zeker wanneer je ze met de voorste camera van je smartphone maakt. Deze camera is over het algemeen iets minder van kwaliteit dan de achterste. Foto’s worden al snel korrelig en vertonen veel ruis wanneer je ze maakt bij weinig licht. Daarbij komt nog dat daglicht flatterend is. Sta je er zelf ook op je mooist op! Je kunt zelfs werken met reflectieschermen. Door bijvoorbeeld een wit stuk papier of karton onder je gezicht te houden (buiten beeld), kaats je het licht op een mooie manier terug.

Vermijd hoge contrasten of schaduwen

Als je een selfie maakt, ben je zelf fotograaf en model in één. Dat betekent dat je de volledige controle hebt over het beeld, standpunt en positie. Zie je een schaduw op je gezicht? Draai dan bij of ga ergens anders staan. Hetzelfde geldt voor harde contrasten. Deze maken een foto (of persoon) zelden mooier. Midden op de dag een selfie maken, terwijl de zon hard is en hoog staat, geeft vaak harde schaduwen onder je ogen. Niet mooi!

Let op de achtergrond

Ook bij een selfie telt het hele kader mee. Wees je dus bewust van wat er in dat kader gebeurt. Probeer rommel of lichte plekken in beeld te vermijden, omdat ze de aandacht afleiden. Houd losse elementen ook ‘vrij’ in je foto. Wanneer je voor een boom of een plant staat, lijkt het in je tweedimensionale foto al snel of deze ‘uit je hoofd’ groeit. Houd ook rekening met privacy. Mocht je een foto nemen in het huis van iemand anders, post deze dan niet op social media als het huis (of persoonlijke elementen daarin) herkenbaar in je foto zijn. Of vraag het in ieder geval eerst.

Vergeet niet wat je weet

Als (beginnend) fotograaf ben je al aan de slag gegaan met fotografie en weet je al het één en ander. Vaak meer dan je denkt! Bepaalde composities, die in andere vormen van fotografie ook goed werken, doen het voor selfies ook vaak uitstekend. Zorg ook dat je ogen scherp zijn, net zoals je bij een portret van een ander zou doen.

Lachen en poseren

Als je je weleens aan portretfotografie hebt gewaagd, weet je hoe lastig het is om je model een pose aan te laten nemen, of om hem of haar echt te laten lachen. En daar heb je nog het voordeel van persoonlijke interactie, tussen hem/haar en jou als fotograaf. Wanneer je maar alleen bent, is het lastiger om een echte lach tevoorschijn te toveren. Denk aan iets leuk, iets waar je veel plezier aan beleefde of iets waar je blij van wordt. Probeer ervoor te zorgen dat je ogen ook meedoen met je lach. Heb je een slechte dag? Laat de selfies dan even voor wat ze zijn, je zal waarschijnlijk geen goede ‘echte’ lach tevoorschijn kunnen toveren. Tenzij je op zoek bent naar een serieuze blik natuurlijk!

Wanneer je het maken van een goede selfie aanpakt als het maken van een portret van iemand anders, is je kans op een mooie foto groter. En we willen natuurlijk juist van onszelf ook wel eens een mooi plaatje!

• Lees ook: Zelf doen: een professioneel zelfportret